Dag 54, 07/06 SJPdP. Rustdag

Ik maak vanmorgen kennis met het typische refugeleven vanaf hier. Vanaf 5 uur is het al een gestommel van jewelste als de eerste lichting zich klaar maakt om te vertrekken. Ik doe mijn oordopjes in en slaap verder tot John opstaat om 7 uur. Hij wil zijn trein halen richting San Sebastián. Het afscheid is voor hem vrij emotioneel. Tobias en ik krijgen allebei een gemeende knuffel. Zijn trein rijdt niet maar hij kan verder met de bus.

Tobias en ik bezoeken de citadel in afwachting dat de schoenmaker open gaat. Ze biedt niet zo veel bijzonders maar geeft wel een mooi uitzicht over de stad.

Stipt om 10 uur sta ik al bij de schoenmaker op de stoep. Hij kijkt even bedenkelijk naar mijn hielen maar knikt.

Ik doe nog wat extra was en herstel mijn sandalen waarvan de velcreau gelost is.

Dan bekijk ik de mogelijke routes tot Irun, het startpunt van de Camino del Norte. Uiteindelijk blijf ik bij mijn voornemen om de GR11 te lopen vanaf Auritz tot Irun. Maar dan moet ik morgen eerst de Pyreneeën over en Roncevalles net voorbij. Het alternatief was de GR10 aan de Franse zijde van de bergen maar de spreekwoordelijke oversteek naar Roncesvalles blijft me bekoren. Daarna reken ik op nog 4 à 5 dagen tot Irun en nog 34 dagen van daar tot Santiago (850 km) à 25 km per dag. Gezien het vele klimwerk is dat het hoogst haalbare. De tijd van veertigers per dag is voorbij!

‘s Namiddags doe ik eerst een siësta, ga dan nog wat winkelen voor de komende dagen want op de GR valt wellicht niet zo veel te rapen. Ik geef toe dat, nu ik zelf als toerist door de stad kuier, ik een stuk milder en positiever ben naar het commerciële karakter van de stad.

Er zijn een paar heel leuke zaakjes te vinden. De kroon spant deze winkel met ontelbare kruiden. Een feest voor het oog en de neus.

Tegen vijf uur ben ik terug bij de schoenmaker. Ik heb 2 splinternieuwe hielen aan mijn geliefkoosde wandelschoenen, plus nog wat klein oplapwerk, en dat alles voor 30 euro. De liefde voor het vak is hem aan te zien. Ik maakt een foto van hem en hij vult zijn adres in op het kaartje dat ik hem vanuit Compostela wil opsturen. Aan de muur bij hem hangen al meerdere postkaarten van gelukkige pelgrims die door hem geholpen zijn.

Die postkaart haalde ik overigens in het winkeltje waar Tobias geholpen werd. Het lint van zijn hoed was gelost en hij was vanmorgen op zoek naar naaigerei. De winkelierster leende hem gewoon gratis naald en draad uit zodat hij in de refuge zijn herstelling kon doen. Een geste die voor mij de moeite waard is om nu de omweg te maken voor een kaartje van 60 cent.

Terug in de refuge bereid ik me voor op morgen. Bij het avondeten ontmoet ik Mario uit Brugge. Hij is hier met een bakfiets en wil na Santiago eventueel nog doorreizen naar Portugal. Mario is, zoals veel Westvlamingen, een echte babbelkous. Op een kwartier tijd ken ik gans zijn leven. Goed geboerd als verzekeraar, op zijn 58e alle portefeuilles verkocht, en sindsdien kunstenaar. Hij wou niet de kant op gaan van zijn vader die zich dood gewerkt heeft. Tijdens ons gesprek schuift nog iemand mee aan aan tafel. Anja komt uit München en is filmregisseur. Zij profiteert van een rustige periode op het werk om een oude droom waar te maken. Ze is vandaag pas met de trein aangekomen.

Om 9 uur lig ik al in bed. Morgen begint een nieuw avontuur.


Indien gewenst kan je je steentje bijdragen via een overschrijving op rek. nr. BE79 1030 8321 2833, met volgende drie opties:

  1. Wil je mijn camino financieel steunen, vermeld dan ‘Compostela’.
  2. Wil je Samenzorg steunen, vermeld dan ‘Samenzorg’. (www.samenzorg.nu)
  3. Wil je Vrijland steunen, vermeld dan ‘Vrijland’ (www.vrijland.be)