Dag 55, 08/06 SJPdP - Auritz

Onverbiddelijk loopt mijn wekker af om 6 uur en eigenlijk is dan meteen de hele verdieping wakker en in de weer. Bij het ontbijt doe ik genoeg calorieën op voor 2 dagen. Ik neem afscheid van Tobias en vertrek naar Roncesvalles via de porte d’ Espagne.

Na een paar honderd meter haal ik Anja reeds bij die ik gisteravond heb ontmoet. Ze is astmapatiënte en doet het daarom rustig aan. Dat heeft voor mij het voordeel dat ik gedwongen ben hetzelfde rustige tempo aan te houden en dat is meegenomen want er is zo veel te zien onderweg. Ik blijf maar foto’s maken.

Het is een bont internationaal gezelschap dat onderweg is: een Hongaar, meerdere Amerikanen, een Chinees…

En, neen, we zijn niet alleen onderweg. Het lijkt wel spitsuur.

Na een poos komen we de refuge van Orisson tegen waar de meesten even halt houden voor een snack, een drankje of een plasje.

Halfweg de beklimming trapt Anja op haar adem en moet gaan zitten. Ik trek alleen verder.

De koeien staan nog achter prikkeldraad, maar verder lopen schapen en paarden gewoon vrij rond.

Overal vind je heuveltjes van stenen met namen en intenties langs de weg.

Nog wat verder het beeld van de maagd van Biakorri.

Hoe dat beeld overeind blijft is me een raadsel want het waait intussen snoeihard. Er zijn windstoten die ons letterlijk bijna van de weg blazen, mijn wandelstokken waaien gewoon onder me uit, mijn rugzak lijkt wel een parachute en zelfs mijn schelpje hangt te flapperen op mijn rug.

Kort voor de top bereiken we de Spaanse provincie Navarra.

De reden dat ik perse dit stuk van de camino wou opnemen in mijn tocht was de ervaring van de Bentarte col. Het is een aangename verrassing dat men daar geen kermis van gemaakt heeft. Enkel een sobere wegwijzer wijst het hoogste punt aan: 1325 meter.

Op deze hoogte smaakt mijn stuk brood met kaas eens zo lekker. Maar ik die dacht dat het van hier uit enkel bergaf zou gaan kom bedrogen uit. Aan de overkant van de top is de vegetatie plots heel anders: veel bomen en zelfs een stuk bosweg bieden tijdelijk beschutting tegen de wind. Maar dan gaat het terug bergop tot ik eindelijk in de verte Roncevalles zie liggen.

Vanaf daar is het nog een uur dalen tot de stad. Er zijn twee opties: het originele parcours dat het mooiste is maar een paar steile stukken bevat of een makkelijker ommetje. Ik kies het eerste. Vanuit het dal komen me twee allesbehalve afgetrainde mountainbikers op leeftijd met elektrische fietsen tegemoet. Ze krijgen hun fiets zelfs niet alleen tot boven geduwd. Een heeft halfweg zijn fiets achtergelaten en speelt voor ezel door met een koord de andere fiets tot boven te helpen trekken. Om dan zo’n parcours te kiezen moet je inderdaad een ezel zijn! De afdaling is zonder meer schitterend. Ik loop heel alleen door het prachtige bos en geniet met volle teugen.

In de stad ben ik vooral onder de indruk van de mooie binnenkant van de kerk.

Ik ben echter niet van plan om tussen de meute pelgrims in het klooster te gaan liggen en trek nog 3 km verder tot Auritz (Burguete). Daar is het veel rustiger en bovendien zit ik meteen op mijn aanknopingspunt op de GR11 die me naar Irun moet leiden. Voor een habbekrats eet ik nog een menuutje in het plaatselijk hotel, keer terug naar mijn hostal, eindig veel te laat mijn blog en ga slapen. Die slaap is nodig want van hier tot Irun trek ik door de bergen en dat wordt geen zondagswandeling!


Indien gewenst kan je je steentje bijdragen via een overschrijving op rek. nr. BE79 1030 8321 2833, met volgende drie opties:

  1. Wil je mijn camino financieel steunen, vermeld dan ‘Compostela’.
  2. Wil je Samenzorg steunen, vermeld dan ‘Samenzorg’. (www.samenzorg.nu)
  3. Wil je Vrijland steunen, vermeld dan ‘Vrijland’ (www.vrijland.be)