Dag 60, 13/06 Pasaia - Zarautz 27 km

Sinds gisteren loopt mijn derde maand. Ik heb voor het eerst het gevoel dat ik begin op te schieten.

Voor ik vertrek vind ik nog net de tijd om 2 kousen te stoppen. Die moeten immers nog een maand meegaan. Meegaan en mee-gaan 😄. Eerst moet ik het water over met de “ferry” wat niet meer blijkt te zijn dan een bescheiden vissersbootje.

Dan volgt een ontzettend lange trap die me meteen op ‘hoog niveau’ brengt, gevolgd door een stijgende weg.

Van halfweg reeds een prachtig zicht op zee.

Er zijn vandaag 2 ‘altos’ te beklimmen. Die houden zo wat het midden tussen een heuvel en een berg. Boven is er vooral een leuk, sportief bergpad met halfweg een afspanning voor vermoeide klimmers.

Als de weg terug daalt kom ik plots in een stad terecht. Hoezo? Het is pas 10 uur en ik verwachtte pas rond 11 uur in Donostia aan te komen. Ineens begint het te dagen. Dit is gewoon San SebastiĂĄn, de stad die ik gisteren al zocht maar meende gepasseerd te hebben. Ai ai, mijn aardrijkskunde en mijn voorbereiding komen allebei in een slecht daglicht te staan. Het klopt dat ik tot Irun alles netjes uitgekiend had maar dit gedeelte niet meer. Zal zichzelf wel uitwijzen, dacht ik. Daardoor had ik niet door dat Donostia, waar alle wegwijzers naartoe leidden, gewoon het Baskisch is voor San SebastiĂĄn! En alle wegwijzers en borden met uitleg zijn hier in het Baskisch. De onafhankelijkheidsgedachte leeft hier levendig! San SebastiĂĄn is een prachtige stad. De beide brede standen (de playa de la Concha) en de vele indrukwekkende oude gebouwen wijzen op een rijk verleden. Nu nog is het in de zomer The place to be voor de Spaanse jetset.

Op de heuvel die het strand in twee deelt overheerst het 30 meter hoge christusbeeld.

Het kost me een uur voor ik door de stad heen ben maar geef mijn ogen de kost. De camino loopt langs het strand waar jongeren voetballen en ravotten. Een paar dapperen zwemmen in zee. Twee jonge Afrikaanse nonnetjes in vol habijt gooien giechelend zand naar mekaar, een paar stokoude zusters gunnen hen de pret.

Na de stad volgt een tweede beklimming. Korte stukjes asfalt en beton maken snel plaats voor smalle wegjes door het bos of met zicht op zee. Ik zie tal van roodborstjes. Eentje trippelt voor me uit. Het lijkt of mijn voeten beter bestand worden tegen de vele keien. Onderweg ook nog een voorhistorische wandschildering

en de getuigenis van iemand in een romantische bui: “Meer vraag ik niet: de hemel boven mij en de camino onder mijn voeten”.

Om 5 uur bereik ik Zarautz waar ik de keuze heb tussen 2 hostels. Blaiblai is eigenlijk gewoon een jeugdherberg maar van een beter kaliber dan de vorige. Het lijkt een invasie van Duitsers hier, met ook 2 Amerikanen en… een Belg. Vlak boven de hostel ligt een supermarkt waar ik nog wat voorraad indoe. Het is nooit verstandig om te gaan winkelen voor je gegeten hebt. Het is wel wennen aan de Spaanse gewoonten. De gevulde pastasoorten zijn vervangen door tortilla de patatas (eierkoek met aardappelen) en de Granyrepen hebben plaats moeten ruimen voor galetas (koekjes). Ik doe me tegoed aan een tortilla van een halve kilo, drie kwart liter kreeftensoep, een potje rijstpap en wat verse kersen. Ja, dat wandelen vergt veel energie!


Indien gewenst kan je je steentje bijdragen via een overschrijving op rek. nr. BE79 1030 8321 2833, met volgende drie opties:

  1. Wil je mijn camino financieel steunen, vermeld dan ‘Compostela’.
  2. Wil je Samenzorg steunen, vermeld dan ‘Samenzorg’. (www.samenzorg.nu)
  3. Wil je Vrijland steunen, vermeld dan ‘Vrijland’ (www.vrijland.be)